De brunel

Uit: Nr. 268, jul/aug 2020

Eens kreeg ik een oud kruidenboek van een gepensioneerde arts, getiteld: Handbuch der Heilpflanzenkunde, in het Nederlands vertaald onder de naam: Kruidenboek door A.P. Dinand. De arts raadpleegde het boek bij ‘ziek en zeer’ van zijn patiënten.

Een van de kruiden die in dit boek vermeld staat, is de brunel. De officiële naam voor de brunel was toen nog Brunella vulgaris, afgeleid van het Duitse woord Bräune, wat verwijst naar keelontsteking. Nu is de officiële naam Prunella vulgaris. In Nederland wordt de brunel ook wel bijenkorfje genoemd. De Engelsen hebben een mooie naam aan de plant gegeven: Heal All (= alles helend; red.).

De brunel kan overal groeien: In het gras maakt zij zich klein, zodat zij geen last heeft van de grasmaaimachine. Als perkplant richt zij zich op en wordt toch wel 30 cm hoog. De blaadjes zijn eirond, de bloemetjes donkerblauw tot paars. De brunel bloeit de hele zomer.

In vroeger tijden vond men brunel een heilig kruid, dat door God gezonden werd om alle ziekten bij mens en dier te genezen. Het Engelse woord Heal All verwijst naar deze gave van de plant. Dodonaeus (Dodoens), de beroemde kruidengeneesheer uit de Middeleeuwen, schreef o.a. het volgende over deze plant: ‘Brunelle gheneest oock die sweeringhen des monts.’

Er zijn vele goede stoffen in de brunel, o.a. looistoffen, bitterstoffen, vit. A en C en het mineraal mangaan. Dit mineraal is een beschermer voor onze cellen en bij het botweefsel biedt mangaan ook zijn diensten aan. Maar het totaal van de inhoudsstoffen zorgt voor nog iets interessants. In veel wetenschappelijke onderzoeken wordt daar verbazing over uitgesproken. De plant stimuleert het immuunsysteem; met name heeft de brunel een grote invloed op de macrofagen. Dit zijn stoffen in het immuunsysteem die lichaamsvreemde stoffen en ook onze oude of kapotte cellen opruimen. Zij omcirkelen de vreemde of afgedankte stof en voeren ze af. Hulde aan deze werkers. Want de bacteriën en virussen hebben het moeilijk als de macrofagen in opperste conditie zijn. Onderzoekers kijken nu in hoeverre het kruid inzetbaar is bij HIV-infectie, een virale infectieziekte.

Bekijk het plantje eens goed, als zij in uw tuin groeit en bloeit. Paarse sterretjes, niet één maar meerdere in een plantje. Is zij uitgebloeid, geen nood: de brunel begint in de kleine zijscheutjes opnieuw te bloeien. Als de brunel plaats te kort heeft in de tuin dan neemt zij gewoon ook het grasveld tot haar domein.

De brunel geeft ons kracht om door te gaan, geeft ons kracht om te blijven bloeien, geeft kracht aan ons zelfvertrouwen en zelfaanvaarding. Vertrouwen in de zelfgenezende kracht die in ons is. De brunel is verkrijgbaar als energetische remedie en men gaat nog een stapje verder met de energetische uitleg, namelijk dat deze helpt een genezende houding naar buiten te brengen, zonder te letten op de moeilijkheden van iemands toestand. Dit doet mij denken aan de zienswijze die men in de Middeleeuwen aan het kruid gaf: Gave van God.

Toepassing

De brunel is toepasbaar bij alle bacteriële en virale infectieziekten, bloedend tandvlees, (gorgeldrankje bij) keelpijn, huidproblemen: o.a. de beschadigde huid en brandwonden. Diarree wordt ook genoemd, maar daar zijn de meningen over verdeeld.

Gebruik

Vers: Blaadjes kunnen vers gegeten worden of gebruikt worden om bloedingen te deppen.

Thee: Handje brunel in een theepot met afgekoeld gekookt water; drie keer per dag een kopje.

Tinctuur: Gemaakt van het hele plantje.

Zalf: Van de hele plant.

Remedie: Self Heal.

Het kruid niet samen met reguliere medicatie gebruiken! Raadpleeg i.g.v. twijfel een arts.

Trudy van Diepen-Stam

www.kruidenvrouw.nl