Misverstand rond gezonde voeding
Uit: Nr. 248, maa/apr 2017
We worden overspoeld met informatie over voeding, maar informatie is geen ‘kennis’ en dat zorgt voor verwarring en misverstanden. Men mist houvast in deze snel groeiende samenleving, of anders gezegd: in deze op hol geslagen wereld.
Al te gemakkelijk hanteert men de claim ‘wetenschappelijk bewezen’ maar dat is niet altijd correct en biedt weinig garantie. De bewuste consument laat steeds luider zijn protest horen en dat merkt de voedingsindustrie omdat de media zich daarbij aansluiten.
De voedingsindustrie doet er alles aan om verwarring te zaaien. Zo maakt men geen onderscheid meer tussen goede en slechte suikers, want, zo redeneert men, het gaat precies om dezelfde suiker. Theoretisch is dat zo, maar het maakt veel uit of we suiker in geïsoleerde en hoog geconcentreerde vorm tot ons nemen of via een voedingsmiddel waar suiker deel uitmaakt van een levend organisme met de nodige vitaminen en mineralen erbij.
Om de verwarring aan te moedigen wordt de hoeveelheid suiker uitgedrukt in een aantal klontjes suiker (5 gram per klontje). Een banaan bevat 23% natuurlijke suikers en weegt ongeveer 200 gram; dat zou overeenstemmen met 9 klontjes suiker, terwijl een blikje cola maar 7 klontjes suiker bevat. Het is afschuwelijk en zelfs crimineel om een blikje cola te vergelijken met een gezonde banaan… maar sommigen trappen daar wel in.
De voedselkeuze
Men gaat ervan uit dat de mens een ‘alleseter’ of ‘omnivoor’ is. Dat is hij inderdaad geworden, maar het spijsverteringsstelsel dat we hebben, is al miljoenen jaren ongewijzigd gebleven. Alle dierlijke wezens, inclusief de mens, voeden zich met eiwit, vet en koolhydraat. Er zijn immers maar drie voedingsstoffen die calorieën leveren. De wijze waarop en in welke vorm deze worden geleverd, spelen voor de meeste voedingsdeskundigen geen enkele rol. Iedereen weet echter dat sommige voedingsmiddelen licht en andere zwaar verteerbaar zijn. Het spijsverteringsstelsel van de mens stemt helemaal overeen met dat van de ‘fructivoor’ of ‘vruchteneter’, zoals bij de primaten. Dat betekent niet dat we ons uitsluitend met vruchten moeten voeden, maar vanuit de verteerbaarheid stellen we vast dat vruchten – zoals rijp fruit, bessen, noten, zachte zaden, enz. – beter verteerbaar zijn dan peulvruchten, vlees of harde kazen. Hoe dichter ons voedsel aansluit op de anatomie en de fysiologie van het verteringsstelsel, des te beter is het verteerbaar. We noemen dit de voedselkeuze. We kunnen niet alles door elkaar eten; vandaar dat er goede en slechte voedselcombinaties zijn. De reguliere voedingsvoorlichting en voedingsfabrikanten houden daar geen rekening mee.
Goede en slechte vetten
Hart- en vaatziekten vormen nog altijd doodsoorzaak nummer 1 en dat heeft vooral te maken met het gebruik van ‘harde vetten’ die rijk zijn aan cholesterol. Het zijn de dierlijke vetten, afkomstig uit vlees die overwegend uit verzadigde vetzuren be-staan en nauwelijks meervoudige onver-zadigde vetzuren bevatten.
Men kan de vetconsumptie niet terugdringen zonder het vleesgebruik te beperken en daar ligt een fundamenteel misverstand. Bij light-producten verlaagt men het vet-gehalte, maar dat is geen goede oplossing omdat het verzadigingsgevoel uitblijft. Met andere woorden: men eet er meer van en daardoor krijgt men meer calorieën binnen, zodat light-producten hun effect missen. Van nature is vet altijd gecombineerd met eiwit. Eiwit is moeilijk verteerbaar en vet heeft de eigenschap het voedsel langer in de maag te houden, zodat het enzym pepsine het eiwit voldoende verteert. Bij light-producten wordt dit gunstige effect ongedaan gemaakt.
We kennen ook ‘melkvet’ dat tot de ‘zachte vetten’ wordt gerekend en op kamertemperatuur vloeibaar wordt. Het eiwit- en vet-gehalte ligt relatief laag, met uitzondering van de harde kazen.
Naast deze twee soorten vet, hebben we ‘plantaardig vet’, ook ‘vloeibaar vet’ ge-noemd, zoals olie of vetten in plantaardige voedingsmiddelen zoals in noten, zaden, pitten en vruchten (avocado). Ze zijn rijk aan onverzadigde en meervoudig onverzadigde vetzuren en bevatten geen cholesterol maar wel omega 3- en 6-vetzuren. Het zijn zeer gezonde vetten die we absoluut nodig hebben, zoals voor de vitaminen K, A, D en E. Uiteraard levert olie veel calorieën, maar dat is binnen een evenwichtige voeding geen probleem.
Calorierijke voedingsmiddelen zijn even gezond als caloriearme, behalve dat we er minder van nodig hebben en het gebruik ervan bewust beperken. Het is onzin dat alle vetten slecht zouden zijn; dit getuigt van een tunnelvisie. Dierlijke vetten zal men beperken door de vleesconsumptie drastisch te verminderen, zoals de WHO dit aanbeveelt. Melkvetten gebruiken we matig terwijl de vloeibare plantaardige vetten juist meer gebruikt moeten worden, in de vorm van olie, oliesaus of mayonaise. België was het laatste land waar mayonaise 80% olie moest bevatten. Dat is nu veranderd om te kunnen concurreren met de andere landen waar maar 70% olie is toegestaan. De 10% kostbare olie wordt nu vervangen door een goedkope vulstof. Plantaardige vetten hebben veel gezondheidsbevorderende eigenschappen en dat is te weinig bekend. Als we te weinig vet gebruiken, moet het lichaam suiker in vet omzetten en dat zorgt altijd voor afvalstoffen. Bovendien lijden deze mensen vaak aan darmverstopping of hebben een te droge huid.
Noot redactie: Er dient onderscheid te worden gemaakt tussen het gebruik van vetten in ‘koude’ en in ‘verhitte’ toestand. Worden vetten – althans de (meervoudig) onverzadigde – verhit, dan zullen de onverzadigde delen gemakkelijk schadelijke stoffen opnemen. Bakken en frituren in bijvoorbeeld zonnebloemolie is eerder schadelijk en bepaald ongezond.
Suiker
Zoals bij de inleiding al werd aangegeven, verkeert de suikervoorlichting in een fase van hysterie. Er is wel degelijk verschil tussen natuurlijke suikers die als organische eenheid door voedingsmiddelen worden geleverd en geraffineerde suikers die uit riet of biet geïsoleerd zijn en aan voedsel worden toegevoegd. Suiker (koolhydraat) is voor de mens de belangrijkste voedingsstof, omdat die onze hersenen, zenuwen en spieren voedt. Moedermelk bevat 7,1% lactose of melksuiker en slechts 1,2% eiwit en 3,7% vet. Dit toont aan dat de natuur bij de mens een behoefte aan suiker al bij de geboorte heeft vastgelegd. Het is logisch dat iedereen behoefte heeft aan zoet.
De industrievoeding zet de mens op het verkeerde been door overal geïsoleerde suiker toe te voegen die geen hulpstoffen bevatten en het lichaam verstoren, o.a. de bloedsuikerspiegel en de mineraalhuishouding. Geïsoleerde suiker ondermijnt de gezondheid ernstig en veel ziektes worden erdoor veroorzaakt. Terecht noemen we deze suikers ‘het zoete vergif’. Het wordt hoog tijd dat de voedingsvoorlichtingsdiensten en alle organisaties die begaan zijn met de gezondheid van de bevolking een onderscheid maken tussen de levensnoodzakelijke natuurlijke suikers uit voedingsmiddelen en levensvernietigende toegevoegde suikers. Zoetstoffen vervangen niet de suikers, maar alleen de zoete smaak.
Geïsoleerde suiker ondermijnt de gezondheid ernstig en veel ziektes worden erdoor veroorzaakt.
De verontrustende stijging van suikerziekte en psychische stoornissen zoals depressie en burn-out heeft daar deels mee te maken. Natuurlijke suikers komen in overvloed voor in voedingsmiddelen zoals in fruit, bessen, watervruchten, wortel- en knolgewassen, honing, siroop, melasse, maar ook in melk en melkproducten, noten, zaden en pitten (8 à 12%) en als zetmeel (complexe suikers) in granen. Het is schandalig dat men de bevolking eenzijdig voorlicht en de indruk wekt dat alle soorten suikers scha-delijk zijn.
Voedingsmiddelen en voedingsproducten
Het is onbegrijpelijk dat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen voedingsmiddelen en voedingsproducten.
Voedingsmiddelen worden door de land- en tuinbouw geleverd als vers voedsel dat rauw gegeten kan worden of net voor het gebruik in de keuken bereid wordt. Vers betekent dat deze voedingsmiddelen ‘levenskracht’ bezitten.
Voedingsproducten worden in de fabriek mechanisch en thermisch bereid en nadien verpakt in blikjes, doosjes en potjes, of ze worden ingevroren. Er staat een vervaldatum op vermeld en dat houdt veelal in dat de inhoud maanden tot jaren houdbaar blijft, door toevoeging van conserveringsmiddelen. Het is geen ‘dood voedsel’ maar wel van zeer lage kwaliteit. Mensen voeden zich met opgewarmde kost en daarmee kan men onmogelijk de gezondheid handhaven. Voedingsproducten bevatten vreselijk veel voedingsadditieven (E-nummers). De hoeveelheden beantwoorden aan de wettelijke normen, maar over de combinatie van al deze vreemde stoffen en de opstapeling in het lichaam spreekt niemand. Voedingsadditieven zijn alleen nodig voor de voedingsfabrikant, maar de consument krijgt ze wel binnen.
Ik doe een oproep aan de lezers die mijn artikelen niet alleen lezen, maar ze ook in hun dagelijkse leven min of meer toepassen, om de boodschap van gezonde voeding verder uit te dragen.
Geef de voorkeur aan voedingsmiddelen en vul deze aan met een beperkt aantal voedingsproducten. De afdeling van verse voedingsmiddelen moet steeds groter worden; dat zal de volksgezondheid verbeteren.
Jan Dries
www.europeseacademie.be


Voedingsmiddelen worden door de land- en tuinbouw geleverd als vers voedsel dat rauw gegeten kan worden of net voor het gebruik in de keuken bereid wordt. Vers betekent dat deze voedingsmiddelen ‘levenskracht’ bezitten.
Obesitas
De Stichting Foodwatch Nederland, de voedselwaakhond, komt op voor het recht van consumenten op eerlijk, veilig en gezond voedsel. Zij stelt misstanden in de voedselindustrie aan de kaak en lobbyt voor oplossingen die consumenten echt beschermen.
Zij luiden de noodklok naar aanleiding van het feit dat er inmiddels meer mensen overlijden aan ongezond eten dan aan drugs, alcohol, onveilige seks en roken samen. Nederlandse artsen noemen obesitas de ‘belangrijkste bedreiging van onze gezondheid’. En de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) waarschuwt voor een ‘wereldwijde obesitasepidemie’. Foodwatch onderbouwt deze stellingen met enkele schokkende
statistiekgegevens. Daaruit blijkt dat niet alleen ouderen steeds meer lijden aan overgewicht, maar vooral ook veel kinderen; dat zijn de toekomstige generaties volwassenen die met steeds meer gezondheidsproblemen te maken krijgen.
De oorzaak van dat alles is de veranderde voedselvoorziening in de afgelopen decennia. Altijd en overal is calorierijk, sterk bewerkt en suikerrijk voedsel in overvloed aanwezig, zo meldt Foodwatch.
De voedselindustrie is er niet bij gebaat het eten van groente en fruit te bevorderen. De winstmarges zitten in snoep- en snackproducten, waarvan de grondstofkosten zeer laag zijn en waaraan dus flink verdiend wordt. De lobby van de voedselindustrie is sterk. Foodwatch probeert daar tegenwicht aan te bieden.
Bron: http://www.foodwatch.org/nl/
onze-campagnes/onderwerpen/suiker-vet-co/2-minuten-info/